Aan de hand van onderzoeken van interne modellen (internal model investigations – IMI’s) wordt nagegaan of de interne modellen die banken gebruiken om hun kapitaalvereisten te berekenen voldoen aan de wettelijke vereisten. IMI’s kunnen worden uitgevoerd op verzoek van een bank (initiële goedkeuring, materiële wijzigingen, uitbreidingen, uitrol, permanent gedeeltelijk gebruik of terugkeer naar een minder geavanceerde benadering), of op initiatief van de ECB.
Zodra een onderzoek is afgerond, stellen de toezichthouders een ontwerpbesluit over het gebruik van interne modellen op. Het besluit wordt definitief als het door de Raad van Toezicht is bekrachtigd en door de Raad van Bestuur wordt goedgekeurd volgens de geen-bezwaarprocedure.
Het algemene kader en de procedures voor IMI’s worden uiteengezet in de Gids van de ECB voor inspecties ter plaatse en onderzoeken van interne modellen.
Gids voor inspecties ter plaatse en onderzoeken van interne modellen
Deze gids wordt aangevuld met de gids van ECB betreffende interne modellen, waarin de inhoud van de onderzoeken centraal staat.
Bij de start van de voorbereidende fase van een IMI moeten de beschikbaarheid en gereedheid van alle betrokken partijen worden bevestigd (zie ook het gedeelte over aanvragen met betrekking tot interne modellen).
De procedure voor het onderzoek zelf wordt hieronder schematisch weergegeven (voor een gedetailleerde beschrijving van de procedure, zie de gids voor inspecties ter plaatse en onderzoeken van interne modellen).
Gids voor inspecties ter plaatse en onderzoeken van interne modellen
Met het oog op een consistente aanpak van aanvragen met betrekking tot interne modellen binnen het Europese bankentoezicht heeft ECB-Bankentoezicht een reeks documenten en procedures gepubliceerd die belangrijke kredietinstellingen kunnen gebruiken als ze aanvragen in verband met interne modellen willen indienen bij de ECB.
Hieronder staan de formulieren en richtlijnen in verband met de (pre-)aanvraagprocedure, samen met links naar de documenten die gebruikt moeten worden om de ECB op de hoogte te brengen van alle hetzij voorgenomen, hetzij reeds doorgevoerde niet-wezenlijke modelwijzigingen of -uitbreidingen.
Banken die een aanvraag willen doen voor de initiële goedkeuring van een model, een wezenlijke wijziging van een model of een uitbreiding die niet te wijten is aan de naleving van een vroegere verplichting, worden verzocht om:
De verordening kapitaalvereisten bepaalt dat wezenlijke uitbreidingen en wijzigingen van interne modellen voor kredietrisico, operationeel risico en marktrisico door de bevoegde autoriteit moeten worden goedgekeurd. De Europese Commissie heeft technische reguleringsnormen (regulatory technical standards – RTS) vastgesteld voor het beoordelen van de materialiteit van modeluitbreidingen en -wijzigingen van de interneratingbenadering (internal ratings-based approach – IRB-benadering) voor kredietrisico, de geavanceerde meetbenadering (advanced measurement approach – AMA) voor operationeel risico en de internemodellenbenadering (internal models approach – IMA) voor marktrisico. Op grond van deze RTS worden uitbreidingen en wijzigingen van interne modellen hetzij aangemerkt als wezenlijke uitbreidingen en wijzigingen waarvoor voorafgaande goedkeuring door de bevoegde autoriteit vereist is, hetzij beschouwd als niet-wezenlijke uitbreidingen en wijzigingen waarvoor voorafgaande kennisgeving of kennisgeving achteraf vereist is.
Ten aanzien van het tegenpartijkredietrisico verplicht de huidige tekst van de verordening kapitaalvereisten niet tot vaststelling van soortgelijke RTS voor de internemodellenmethode (internal model method – IMM) noch voor de geavanceerde methode voor het risico van aanpassing van de kredietwaardering (advanced method for credit valuation adjustment risk – A-CVA). Daarom heeft de ECB een gids inzake materialiteitsbeoordeling (EGMA) gepubliceerd, ter ondersteuning van belangrijke instellingen bij hun zelfbeoordeling van de materialiteit van wijzigingen en uitbreidingen van IMM- en A-CVA-modellen krachtens het toepasselijk juridisch kader. Met de EGMA wordt niet beoogd het toepasselijk EU-recht of de nationale rechtsregels te vervangen, noch eraan voorbij te gaan of ze op een andere manier te beïnvloeden. Bovendien moet worden bedacht dat de EBA regulerend kan optreden door richtsnoeren vast te stellen op grond van artikel 16 van de EBA-verordening of RTS uit te vaardigen op basis van toekomstige EU-wetgeving.
Gids van de Europese Centrale Bank inzake materialiteitsbeoordeling (EGMA)