Veelgestelde vragen
... over de berekening van de toezichtsvergoeding en de contactgegevens van de vergoedingsdebiteur
De jaarlijkse toezichtsvergoeding voor de volgende vergoedingsperiode kan geschat worden met behulp van de berekeningstool op de webpagina Schat uw vergoeding, die jaarlijks met de meest recente gegevens wordt bijgewerkt. Deze schatting is louter indicatief en kan afwijken van de effectieve vergoeding.
Alle vergoedingsplichtige instellingen die deel uitmaken van een onder toezicht staande groep wijzen één entiteit aan die namens de hele groep als vergoedingsdebiteur (schuldenaar van de vergoeding) optreedt. U doet dit door de ECB per post of e-mail een ondertekende kennisgeving te sturen. Om de vergoedingsprocedure vlot te laten verlopen, is voor de aanwijzing van nieuwe vergoedingsdebiteuren een uiterste datum gesteld. Die is elk jaar op 30 september.
Kennisgevingsformulier betreffende de vergoedingsdebiteurDe gegevens over de vergoedingsdebiteur moeten elk jaar uiterlijk op 30 september bijgewerkt zijn. Vergoedingsdebiteuren die hun contactgegevens al hebben doorgegeven, hoeven die alleen bij te werken als er iets in veranderd is. Lees ook de verklaring over gegevensbescherming.
Geef uw contactgegevens uitsluitend via het online portaal van de ECB door. ECB-medewerkers kunnen dit niet voor u doen, omdat zij geen toegang hebben tot de accounts van individuele banken op het portaal. De ECB raadt banken aan om het e-mailadres van een afdeling of groep op te geven en niet dat van een persoon, zodat personeelswisselingen geen invloed hebben op de communicatie van de ECB met de vergoedingsdebiteuren.
Als u nog geen gebruikersnaam en wachtwoord voor het portaal hebt ontvangen, of als u de naam van de vergoedingsdebiteur wilt wijzigen, dan kunt u contact opnemen met het vergoedingenteam, bij voorkeur per e-mail: SSM-fee-enquiries@ecb.europa.eu.
Verklaring betreffende gegevensbeschermingJa, vergoedingsdebiteuren zijn verplicht elke verandering in hun contactgegevens aan de ECB door te geven, uiterlijk op 30 september van elke vergoedingsperiode.
Als de veranderingen in de groepsstructuur betrekking hebben op het hoofd van de groep of op de dochteronderneming die eerder als vergoedingsdebiteur was aangewezen, dient u dit aan de ECB door te geven door middel van een nieuw kennisgevingsformulier betreffende de vergoedingsdebiteur. Voor andere veranderingen binnen de groep hoeft u geen nieuw formulier in te dienen.
Om de vergoedingsprocedure vlot te laten verlopen, moeten de vergoedingsdebiteuren hun formulier elk jaar uiterlijk op 30 september hebben ingediend.
Een verandering van uw situatie kan van invloed zijn op de berekening van de jaarlijkse toezichtsvergoeding. Wij verzoeken u alle veranderingen in de situatie van uw bank per e-mail aan het vergoedingenteam door te geven. Zij nemen dan contact met u op over wat u in uw specifieke geval moet doen.
Een recent toegelaten bank die gevestigd is in een land dat aan het Europees bankentoezicht deelneemt en geen deel uitmaakt van een bestaande onder toezicht staande groep moet de jaarlijkse toezichtsvergoeding betalen. Het bedrag is gebaseerd op het aantal volledige maanden dat de bank in de vergoedingsperiode onder toezicht stond.
Wij verzoeken u de contactgegevens van bij voorkeur de verantwoordelijke afdeling, of anders de verantwoordelijke persoon, aan de ECB door te geven, met name het e-mailadres. De ECB laat u dan weten wat u verder moet doen.
SSM-fee-enquiries@ecb.europa.euAls uw bank vóór de overname door een belangrijke onder toezicht staande groep een zelfstandige minder belangrijke instelling was, zou de overname van invloed kunnen zijn op uw toezichtsvergoeding. Over het algemeen wordt de jaarlijkse toezichtsvergoeding na een overname berekend op basis van het aantal volledige maanden dat de onder toezicht staande entiteit een zelfstandige minder belangrijke instelling was (artikel 7, lid 1, van de Verordening van de ECB betreffende een vergoeding voor toezicht).
De berekening van de vergoeding wordt uitgevoerd op het hoogste consolidatieniveau binnen de landen die aan het Europees bankentoezicht deelnemen. Wanneer kredietinstellingen onderdeel zijn van een onder toezicht staande groep die gevestigd is in een land dat aan het Europees bankentoezicht deelneemt, dan wordt er derhalve op groepsniveau één vergoeding berekend en in rekening gebracht.
Wij verzoeken u alle veranderingen in de situatie van uw bank per e-mail aan het vergoedingenteam door te geven. Zij beoordelen uw situatie en nemen dan contact met u op over wat u in uw specifieke geval moet doen.
... over het indienen van de vergoedingsfactoren
De ECB is ervoor verantwoordelijk dat het SSM in zijn geheel doeltreffend en consistent functioneert, dus zowel voor de belangrijke banken waarop ze direct toezicht houdt als voor de minder belangrijke banken waarop ze indirect toezicht houdt. Alle onder toezicht staande banken zijn daarom vergoedingsplichtig.
De jaarlijkse toezichtsvergoeding wordt berekend op het hoogste consolidatieniveau van alle banken die onder toezicht staan van de ECB, op basis van vergoedingsfactoren per de referentiedatum van 31 december van de voorafgaande vergoedingsperiode, of een andere toepasselijke referentiedatum, zoals in de voorbeelden hieronder wordt toegelicht.
Voor de meeste onder toezicht staande banken hergebruikt de ECB gegevens uit FINREP en COREP om de vergoedingsfactoren vast te stellen.
Twee categorieën banken moeten hun vergoedingsfactoren nog wel via een aparte procedure indienen: i) groepen die de activa en/of de risicoposten van dochterondernemingen in niet-deelnemende lidstaten niet in hun berekening opnemen, en ii) in deelnemende landen gevestigde bijkantoren van kredietinstellingen uit niet-deelnemende lidstaten die niet onder de ECB-verordening betreffende rapportage van financiële toezichtinformatie (FINREP) vallen.
Vergoedingsdebiteuren die de vergoedingsfactoren nog moeten indienen, moeten dat doen bij hun nationale toezichthouder en daarvoor de formulieren gebruiken die in de bijlagen bij het Besluit van de ECB betreffende vergoedingsfactoren zijn opgenomen.
De vergoedingsfactoren dienen uiterlijk 11 november (aan het einde van de werkdag) van het lopende jaar ingediend te zijn, of de eerstvolgende werkdag als 11 november geen werkdag is. De referentiedatum voor de vergoedingsfactoren is 31 december van het voorgaande jaar of, in voorkomend geval, een andere datum, zie het voorbeeld hieronder. De vergoedingskennisgevingen worden in de eerste helft van het jaar volgend op de vergoedingsperiode verzonden.
De vergoedingsfactoren moeten aan uw nationale bevoegde autoriteit worden gestuurd, aan de hand van de formulieren die in de bijlagen bij het Besluit van de ECB betreffende vergoedingsfactoren zijn opgenomen. Deze formulieren dienen volgens de bijgeleverde instructies te worden ingevuld. Daarin staat ook informatie over certificering door een accountant en de managementverklaring, en wanneer die nodig zijn.
Nee. De ECB-verordening betreffende een vergoeding voor toezicht biedt wel de mogelijkheid daartoe. Deze mogelijkheid is juist in het leven geroepen ten behoeve van de desbetreffende onder toezicht staande groepen, omdat de verschuldigde jaarlijkse toezichtsvergoeding daardoor lager uitvalt. Maar als de kosten om de activa te berekenen hoger zijn dan de voorziene verlaging van de jaarlijkse toezichtsvergoeding is het voor de banken efficiënter deze activa wel in aanmerking te nemen.
Om de gegevensverzameling vlot te laten verlopen, moet worden bepaald welke groepen met in niet-deelnemende lidstaten of derde landen gevestigde dochterondernemingen van plan zijn de desbetreffende activa en/of risicoposten niet in hun vergoedingsfactoren op te nemen. Groepen die activa en/of risicoposten niet in hun vergoedingsfactoren wensen op te nemen, dienen de ECB uiterlijk op 30 september van de vergoedingsperiode in kennis te stellen via het online portaal van de ECB.
Verordening van de ECB betreffende een vergoeding voor toezichtNee, de jaarlijkse toezichtsvergoeding is alleen verschuldigd door in aan het Europees bankentoezicht deelnemende landen gevestigde bijkantoren van een in een niet-deelnemende lidstaat gevestigde moederbank. Zo moet een EU-bijkantoor in een land dat aan het Europees bankentoezicht deelneemt (bijv. Duitsland) de toezichtsvergoeding aan de ECB betalen als de moedermaatschappij in een niet-deelnemende lidstaat gevestigd is. De moederbank kan onderworpen zijn aan het toezicht van de desbetreffende nationale bevoegde autoriteit (bijv. in Zweden) en daarom aan deze autoriteit een vergoeding verschuldigd zijn. Deze verplichting staat los van de verplichting van het bijkantoor in EU om de ECB een toezichtsvergoeding te betalen.
Houdt u in dit verband rekening met het volgende:
- Als een kredietinstelling twee of meer vergoedingsplichtige bijkantoren heeft in één land dat aan het Europees bankentoezicht deelneemt, dan gelden die als één bijkantoor.
- Vergoedingsplichtige bijkantoren van dezelfde kredietinstelling die in verschillende landen zijn gevestigd die aan het Europees bankentoezicht deelnemen (bijv. België en Duitsland) gelden niet als één bijkantoor.
- In het geval van een bijkantoor en een dochteronderneming in hetzelfde land dat aan het Europees bankentoezicht deelneemt worden twee verschillende toezichtsvergoedingen in rekening gebracht.
Onder toezicht staande groepen die in een of meer aan het Europees bankentoezicht deelnemende landen actief zijn, sturen maar één formulier voor vergoedingsfactoren in, en wel voor het hoogste consolidatieniveau dat al die deelnemende landen omvat. Er wordt vervolgens één toezichtsvergoeding berekend.
Behandeling van bankgroepenAls een vergoedingsdebiteur die nog wel vergoedingsfactoren moet indienen dat nalaat, stelt de ECB de ontbrekende vergoedingsfactoren zelf vast, hetzij aan de hand van bij de ECB beschikbare FINREP- en/of COREP-gegevens, hetzij op grond van de beschikbare informatie. Het niet verstrekken van vergoedingsfactoren wordt beschouwd als een overtreding van de Verordening van de ECB betreffende een vergoeding voor toezicht en kan tot sancties leiden.
Besluit van de ECB betreffende vergoedingsfactorenAls u via uw nationale bevoegde autoriteit aparte formulieren voor vergoedingsfactoren hebt ingediend, kunt u de gegevens over de vergoedingsfactoren in hetzelfde format en via hetzelfde kanaal opnieuw indienen gedurende de reactietermijn van 15 dagen. Als de ECB uw vergoedingsfactoren heeft vastgesteld op basis van FINREP- en/of COREP-cijfers en de in het portaal aangegeven waardes van de totale activa en/of het totaal van de risicoposten niet juist meer zijn, kunt u gedurende de reactietermijn van 15 dagen uw FINREP- en COREP-rapportages opnieuw indienen via uw nationale bevoegde autoriteit. N.B. Ook na de reactietermijn van 15 dagen kunnen FINREP- en COREP-cijfers nog veranderen. maar wanneer de cijfers eenmaal zijn gebruikt voor de berekening van de vergoeding die voor de betreffende periode verschuldigd is, worden latere wijzigingen buiten beschouwing gelaten en wordt de toezichtsvergoeding niet herberekend.
In het Besluit van de ECB betreffende vergoedingsfactoren worden de methodologie en procedures beschreven voor de berekening van de twee vergoedingsfactoren, namelijk de totale activa en het totaal van de risicoposten.
Ja. In aan het Europees bankentoezicht deelnemende landen gevestigde bijkantoren van kredietinstellingen die in niet-deelnemende lidstaten zijn gevestigd, vallen onder het toezicht van de ECB (indirect toezicht in het geval van minder belangrijke instellingen) en zijn aan toezichtsvergoedingen onderworpen. Afhankelijk van hun belangrijkheid wordt het toezicht op deze bijkantoren uitgevoerd door de ECB of door de nationale bevoegde autoriteit. Tenzij zij onder de FINREP-verordening van de ECB vallen, zijn zij derhalve verplicht vergoedingsfactoren aan de ECB te rapporteren. Op basis daarvan berekent de ECB hun jaarlijkse toezichtsvergoeding.
GTM-kaderverordeningIndien een onder toezicht staande entiteit slechts voor een deel van de vergoedingsperiode onder toezicht staat, wordt de jaarlijkse vergoeding voor toezicht in overeenstemming met artikel 7 van de ECB-verordening betreffende een vergoeding voor toezicht berekend op basis van het aantal volledige maanden van de vergoedingsperiode waarin de entiteit onder toezicht staat. Voor de vergoedingsperiode 2024 is de referentiedatum die van toepassing is op de vergoedingsfactoren van onder toezicht staande entiteiten 31 december 2023, in overeenstemming met artikel 10, lid 3, onder b bis), van de verordening betreffende een vergoeding voor toezicht. Daarom wordt een toezichtsvergoeding vastgesteld voor de maand januari 2024.
Indien een onder toezicht staande entiteit slechts voor een deel van de vergoedingsperiode onder toezicht staat, wordt de jaarlijkse vergoeding voor toezicht in overeenstemming met artikel 7 van de ECB-verordening betreffende een vergoeding voor toezicht berekend op basis van het aantal volledige maanden van de vergoedingsperiode waarin de entiteit onder toezicht staat. Voor de vergoedingsperiode 2024 is de referentiedatum die van toepassing is op de vergoedingsfactoren van onder toezicht staande entiteiten 31 december 2023, in overeenstemming met artikel 10, lid 3, onder b bis), van de verordening betreffende een vergoeding voor toezicht. Er wordt dan ook een toezichtsvergoeding berekend voor de periode januari tot en met maart 2024.
Verordening van de ECB betreffende een vergoeding voor toezichtOvereenkomstig artikel 10, lid 3, onder b quater), van de ECB-verordening betreffende een vergoeding voor toezicht is voor vergoedingsdebiteuren die na 1 januari, maar vóór 1 oktober in een bepaald jaar zijn opgericht, de referentiedatum voor de vergoedingsfactoren het einde van het kwartaal waarin de debiteur is opgericht. Voor een entiteit die is opgericht op 1 april 2024 is de referentiedatum bijvoorbeeld 30 juni 2024.
Indien een onder toezicht staande entiteit jaarrekeningen opstelt, waaronder geconsolideerde jaarrekeningen, op basis van een boekjaar dat afwijkt van het kalenderjaar, zal de referentiedatum voor de totale activa op grond van artikel 10, lid 3, onder b ter), van de Verordening betreffende een vergoeding voor toezicht worden vastgesteld op het einde van het boekjaar. Voor een entiteit met een boekjaar eindigend op 31 maart is de referentiedatum voor haar totale activa bijvoorbeeld 31 maart 2023 voor de vergoedingsperiode 2024. De referentiedatum voor de totale risicoblootstelling van de entiteit wordt niet beïnvloed door het gebroken boekjaar en blijft 31 december 2023 voor dezelfde vergoedingsperiode.
Verordening van de ECB betreffende een vergoeding voor toezichtNiet per se. De vergoedingsfactoren van bijkantoren waarop de ECB-verordening betreffende rapportage van financiële toezichtinformatie (FINREP) van toepassing is, worden door de ECB vastgesteld op basis van de voor prudentiële doeleinden gerapporteerde totale activa. Voor bijkantoren die formulieren voor vergoedingsfactoren moeten indienen geldt dat de totale activa overeen moeten komen met het in artikel 2, lid 12, onder b), van de Verordening van de ECB betreffende een vergoeding voor toezicht bedoelde bedrag aan totale activa. Dat betekent dat de totale activa die een in een niet-deelnemende lidstaat gevestigd bijkantoor van een kredietinstelling aan de ECB moet doorgeven, worden berekend op basis van de totale waarde van de activa zoals vastgesteld in de meest recente gecontroleerde jaarrekening die is opgesteld in overeenstemming met internationale standaarden voor financiële verslaglegging (IFRS), zoals van toepassing krachtens Verordening (EG) nr. 1606/2002 van het Europees Parlement en de Raad en indien een dergelijke jaarrekening niet beschikbaar is, op basis van de in overeenstemming met het toepasselijke nationale jaarrekeningenrecht opgestelde jaarrekening. Vergoedingsplichtige bijkantoren die geen jaarrekeningen opstellen dienen onder totale activa te verstaan de totale waarde van de activa zoals bedoeld in artikel 51, lid 5, van Verordening (EU) nr. 468/2014 (ECB/2014/17), dat wil zeggen statistische gegevens. Bijkantoren die vrijwillig de totale waarde van hun activa rapporteren voor prudentiële doeleinden kunnen deze waarde gebruiken om de vergoedingsfactor totale activa vast te stellen. Daarbij moet worden opgemerkt dat de ECB bij het vaststellen van de vergoedingsfactoren geen gebruikmaakt van de vrijwillig gerapporteerde gegevens en dat het bijkantoor dus nog steeds het formulier voor vergoedingsfactoren moet insturen.
Niet per se. In plaats van verificatie door een accountant kan de beheerder van een vergoedingsplichtig bijkantoor of, indien de beheerder niet beschikbaar is, het leidinggevend orgaan van de kredietinstelling die het vergoedingsplichtige bijkantoor opricht, de totale activa van dit bijkantoor certificeren door middel van een aan de betrokken nationale bevoegde autoriteit toegezonden managementverklaring. Een model voor deze verklaring is bijgevoegd.
Deze uitzondering geldt alleen voor vergoedingsplichtige bijkantoren en niet voor vergoedingsdebiteuren die op grond van de artikel 3, lid 2, onder b), van het Besluit van de ECB betreffende vergoedingsfactoren verplicht zijn hun jaarrekening door een accountant te laten verifiëren.
... over de betaling van de toezichtsvergoeding
De ECB stuurt vergoedingsdebiteuren elektronisch een vergoedingskennisgeving via het online portaal van de ECB. Deze kennisgeving wordt doorgaans in het tweede kwartaal van de volgende vergoedingsperiode verstuurd. Voor de vergoedingsperiode 2023 is dat dus het tweede kwartaal van 2024. Als er nieuwe correspondentie over de vergoeding (vergoedingskennisgeving, betalingsherinnering of rentebrief) is, wordt er automatisch een bericht gestuurd naar het (belangrijkste) e-mailadres van voorkeur dat u via het online portaal van de ECB hebt opgegeven.
Voor vergoedingsdebiteuren die vanwege nauwe samenwerking onder het Europees bankentoezicht vallen geeft de nationale bevoegde autoriteit een vergoedingskennisgeving af.
Mocht u binnen deze termijn geen vergoedingskennisgeving hebben ontvangen, neem dan per e-mail contact op met het vergoedingenteam.
SSM-fee-enquiries@ecb.europa.euDe betalingsgegevens staan altijd op de tweede bladzijde van de kennisgeving. Voor een extra bevestiging van de betalingsgegevens kunt u per e-mail contact opnemen met het vergoedingenteam.
SSM-fee-enquiries@ecb.europa.euDe toezichtsvergoeding wordt als een overheidsverrichting in de zin van artikel 13 van de btw-richtlijn (2006/112/EG) beschouwd en is daarom vrijgesteld van btw. Omdat de ECB als EU-instelling niet verplicht is zich voor de btw of de vennootschapsbelasting te registreren, beschikt ze niet over een fiscaal nummer.
De nationale toezichthouders spelen een belangrijke rol in het bankentoezicht binnen het gemeenschappelijk toezichtsmechanisme (SSM).
De kosten die ze in verband met het toezicht maken, worden echter niet meegenomen in de berekening van de aan de ECB te betalen toezichtsvergoeding. Dit betekent dat de nationale bevoegde autoriteiten het recht behouden overeenkomstig de nationale wetgeving vergoedingen in rekening te brengen. Eventuele vragen over deze toezichtvergoeding dient u direct aan uw contactpersoon bij de nationale bevoegde autoriteit te stellen.
Nationale toezichthoudersDe ECB is alleen verantwoordelijk voor het SSM, niet voor de SRB. De ECB en de SRB zijn op zichzelf staande instellingen. Vragen over facturen van de SRB dient u dan ook direct aan uw contactpersoon bij de SRB of de nationale afwikkelingsautoriteit te stellen.
Ja. Sterker nog, de SEPA-automatische incasso/SEPA-domiciliëring is de door de ECB aanbevolen betalingswijze. Deze garandeert tijdige betaling en voorkomt daardoor dat eventueel rente in rekening moet worden gebracht voor te late betaling. Als u voor deze betalingsmethode kiest, kunt u uw bankgegevens invullen via het online portaal en een automatische incasso-opdracht/mandaat voor automatische domiciliëring uitprinten. Onderteken het origineel en stuur dit naar het adres van de ECB zoals vermeld op de opdracht/het mandaat of stuur een scan naar SSM-fee-enquiries@ecb.europa.eu.
U kunt het geld tot 14 dagen voor de vervaldatum overmaken, maar dat hoeft niet. Zodra het automatische incasso/domiciliëring-proces van start gaat, melden we de precieze datum waarop u moet stoppen met geld overmaken. Hou u aan deze deadline. U voorkomt op die manier dubbele betalingen.
Neem bij een vermeende fout, of als u andere algemene vragen hebt, contact op met het vergoedingenteam.
SSM-fee-enquiries@ecb.europa.euEen en ander laat het recht van de vergoedingsdebiteur onverlet om tegen de vergoedingskennisgeving bezwaar aan te tekenen bij de Administratieve Raad voor Toetsing. Bezwaren dienen altijd binnen een maand na ontvangst van de vergoedingskennisgeving te worden ingediend.
Administratieve Raad voor ToetsingTegen een besluit dat de ECB in het kader van haar toezichtstaken neemt, kan tevens bezwaar worden aangetekend bij het Hof van Justitie van de Europese Unie.
FeedbackdocumentDe vergoedingen moeten uiterlijk 35 dagen na de verzenddatum van de vergoedingskennisgeving zijn voldaan.
Indien de vergoeding slechts gedeeltelijk of niet wordt betaald, is de ECB gerechtigd over het niet betaalde bedrag van de toezichtsvergoeding rente te berekenen voor elke dag dat betaling uitblijft.
Deze rente wordt als volgt berekend: de basisherfinancieringsrente van de ECB plus 8 procentpunt op jaarbasis, gerekend vanaf de dag waarop betaling verschuldigd was tot en met de dag voorafgaand aan de dag waarop het uitstaande bedrag op de rekening van de ECB is bijgeschreven.
Verordening van de ECB betreffende een vergoeding voor toezicht... over technische kwesties met betrekking tot het online portaal
U kunt een nieuw wachtwoord aanmaken door op ‘Request new password’ (Nieuw wachtwoord aanvragen) te klikken en uw gebruikersnaam en het al geregistreerde e-mailadres (dit is het e-mailadres dat is aangewezen als het voorkeursmailadres voor de communicatie met uw bank en het adres waarnaar de ECB kennisgevingen stuurt) in te vullen. Stuur een e-mail naar SSM-fee-enquiries@ecb.europa.eu als u problemen blijft ondervinden.
Het online portaal kan alleen worden gebruikt met de volgende internetbrowsers: Google Chrome (laatste versie), Microsoft Edge (laatste versie), Mozilla Firefox (laatste versie). Ons advies is verder om cookies uit uw browser te verwijderen.
Als u ondanks dit advies technische problemen blijft ondervinden, neem dan per e-mail contact met ons op.
SSM-fee-enquiries@ecb.europa.euStuur een e-mail naar het vergoedingenteam met een screenshot van de foutmelding en/of het desbetreffende IBAN. Het vergoedingenteam voegt de bankcode toe aan het systeem van de ECB en zal u vervolgens vragen het IBAN via het online portaal nog eens in te vullen.
SSM-fee-enquiries@ecb.europa.euNee, de vergoedingskennisgevingen worden alleen verstuurd naar het e-mailadres dat u als voorkeursadres hebt opgegeven. Controleer het online portaal en verander zo nodig uw voorkeursinstellingen. Mocht u geen vergoedingskennisgeving hebben ontvangen, neem dan per e-mail contact op met het vergoedingenteam. De ECB raadt u aan om het e-mailadres van een afdeling of groep op te geven en niet dat van een persoon, zodat personeelswisselingen geen invloed hebben op onze communicatie met u.
SSM-fee-enquiries@ecb.europa.euHet online portaal van de ECB is standaard in het Engels. De gebruiker kan bij het inloggen zelf een taal kiezen uit de officiële talen van de landen die aan het Europees bankentoezicht deelnemen.
Vergoedingsdebiteuren kunnen daarnaast de taal kiezen waarin ze de vergoedingskennisgeving en bijbehorende correspondentie willen ontvangen. Bent u eenmaal ingelogd, dan kun u in de handleiding vinden hoe u de taal van uw correspondentie kunt instellen.
Verder is de vertaling van de SEPA-automatische-incasso-opdracht/het SEPA-domiciliëringsmandaat in alle talen van de eurolanden op de website van ECB-Bankentoezicht te vinden.
Hebt u nog andere vragen? Neem dan rechtstreeks contact op met het vergoedingenteam van de ECB, of probeer de pilootversie van onze chatbot, de ‘ECBot’. U vindt de ECBot rechts onderaan het scherm op elke webpagina over de toezichtsvergoedingen.