Overzicht LSI’s
In elk land dat deelneemt aan het gemeenschappelijk toezichtsmechanisme (Single Supervisory Mechanism – SSM) zijn minder belangrijke instellingen (less significant institutions – LSI’s) gevestigd. Hoewel het marktaandeel van LSI’s in de nationale bankenstelsels per land sterk verschilt, zijn de activiteiten van deze LSI’s over het algemeen geografisch meer geconcentreerd dan die van belangrijke instellingen (SI’s). Veel LSI’s bieden diensten aan kleinere gemeenschappen of regio’s, afhankelijk van hun locatie. Bovendien zijn de productportfolio’s van LSI’s meestal kleiner en specialistischer dan die van SI’s. Segmenten waarin LSI’s zich specialiseren zijn onder andere autofinanciering, hypotheekverstrekking, leningen aan specifieke sectoren en diensten op het gebied van effectenclearing en -afwikkeling.
Zowel hieronder als in ons Verslag van het LSI-toezicht vindt u meer gedetailleerde informatie over de LSI’s in Europa. Daar staat ook specifieke informatie over institutionele protectiestelsels (IPS’s), omdat een groot aantal LSI’s onderdeel uitmaakt van een IPS.
Sectoroverzicht LSI’s
De LSI-sector in Europa telt op het hoogste consolidatieniveau ongeveer 2.000 bankinstellingen. Nog eens 250 instellingen treden op als dochterondernemingen van andere LSI’s, terwijl ongeveer 60 LSI’s actief zijn als afzonderlijke bijkantoren. Dit komt neer op ongeveer 2.400 entiteiten die onder toezicht staan van de nationale bevoegde autoriteiten (national competent authorities – NCA’s) van de 21 deelnemende landen. Het grootste deel van de LSI-sector is nog steeds geconcentreerd in Duitsland, Oostenrijk en Italië, waar grote gedecentraliseerde stelsels van spaar- en/of coöperatieve banken bestaan.
LSI-sector naar bedrijfsmodel in de deelnemende landen
(naar aantal entiteiten)
Er is niet alleen een aanzienlijk verschil wat betreft het marktaandeel van de LSI-sector in de deelnemende landen. Hun overheersende bedrijfsmodellen op nationaal niveau laten eveneens een grote diversiteit zien. Zo zijn LSI’s in uiteenlopende dynamische marktsegmenten aanwezig, van consumentenkrediet en vastgoedleningen tot private banking en asset management. LSI-activiteiten zijn over het algemeen geografisch geconcentreerder dan die van SI’s, waarbij de kredietverlening aan retailklanten het overheersende bedrijfsmodel vormt.
LSI-sector per land
(aantal entiteiten en totale activa)
Zie voor meer informatie over de LSI-sector de volgende ECB-publicaties:
- Verslag van het LSI-toezicht
- Jaarverslag van de ECB over haar toezichtswerkzaamheden
- LSI-statistieken (verwacht in het tweede kwartaal van 2023)
- Supervision Newsletter
Overzicht institutionele protectiestelsels
Een institutioneel protectiestelsel (IPS) wordt in de verordening kapitaalvereisten (Capital Requirements Regulation – CRR) gedefinieerd als een contractuele of wettelijke aansprakelijkheidsregeling waardoor de deelnemende instellingen i) beschermd worden en ii) hun liquiditeit en solventie beschermd worden om een faillissement zo nodig te voorkomen. De bevoegde autoriteiten kunnen, overeenkomstig de in de CRR vastgelegde voorwaarden, ontheffing verlenen van bepaalde prudentiële vereisten – bijvoorbeeld met betrekking tot liquiditeit overeenkomstig artikel 8, lid 4, van de CRR of met betrekking tot het in aanmerking nemen van intragroepblootstellingen bij de berekening van risicogewogen posten overeenkomstig artikel 113, lid 7, van de CRR – of bepaalde afwijkingen toestaan (zoals toepassing van lagere uitstroompercentages en hogere instroompercentages voor de berekening van de liquiditeitsdekkingsratio (artikel 422, lid 8, en artikel 425, lid 4, van de CRR) voor instellingen die tot institutionele protectiestelsels behoren.
Institutioneel protectiestelsels worden momenteel erkend voor CRR-doeleinden in vier landen die deelnemen aan het SSM: Duitsland, Oostenrijk, Italië en Spanje. De relevantie van institutionele protectiestelsels is aanzienlijk, aangezien hun leden goed zijn voor ongeveer 50% van de banken in het eurogebied en ongeveer 10% van de totale activa van de banksector. In feite zijn zowel belangrijke instellingen onder bankentoezicht van de ECB als LSI’s vaak lid van dezelfde institutionele protectiestelsels. De twee belangrijkste sectoren die onder de institutionele protectiestelsels vallen in de vier betrokken landen van het eurogebied zijn coöperatieve banken en spaarbanken.
De ECB heeft in 2016 richtsnoeren gepubliceerd over de wijze van beoordeling van institutionele protectiestelsels en over de coördinatie van de activiteiten van de ECB en de nationale bevoegde autoriteiten op dit terrein. De richtsnoeren zorgen ervoor dat de ECB en de nationale bevoegde autoriteiten nieuwe aanvragen wat betreft institutionele protectiestelsels op geharmoniseerde wijze beoordelen en een consistente benadering volgen om ervoor te zorgen dat institutionele protectiestelsels de wettelijke vereisten permanent naleven.